De toewijzingsregels voor 2024

Expert
Bob Witjes
Belangenbehartiger

Woningcorporaties moeten bij het toewijzen van woningen rekening houden met verschillende regels. Alles over de (veranderde) toewijzingsregels staan op deze pagina op een rijtje. Het gaat daarbij om de DAEB-toewijzingsregels en de regels rond passend toewijzen.

DAEB-toewijzingsregels

Woningcorporaties mogen hun woningen in het DAEB-segment niet zomaar aan iedereen toewijzen. In eerste instantie gaan deze woningen naar mensen met een laag inkomen, die weinig kans hebben op een woning in de marktsector: de DAEB-doelgroep. Daarom is er al jaren een inkomensgrens, ook wel de DAEB-inkomensgrens genoemd, die jaarlijks wordt geïndexeerd.

Hierbij wordt onderscheid gemaakt naar huishoudgrootte. Voor eenpersoonshuishoudens geldt in 2024 een grens van € 47.699 (€ 44.035 in 2023) meerpersoonshuishoudens geldt in 2024 een grens van € 52.671 (€ 48.625 in 2023).

In principe moeten corporaties 92,5% van de woningen toewijzen aan de DAEB-doelgroep. 7,5% mogen corporaties vrij toewijzen. Dit percentage kunnen ze eventueel verhogen naar maximaal 15%. Je moet dan als corporatie hierover afspraken maken met de gemeente en huurdersorganisatie en dit vastleggen in de prestatieafspraken. In dat geval moet er dus minimaal 85% van de woningen naar de DAEB-doelgroep. 

Belangrijk is dat, wanneer je in meerdere gemeenten prestatieafspraken maakt, je in al die gemeenten moet vastleggen dat je de vrije toewijzingsruimte vergroot. In je administratie moet je ook per gemeente bijhouden hoeveel toewijzingen er naar de doelgroep gaan en hoeveel niet. De Autoriteit woningcorporaties toetst uiteindelijk op corporatieniveau.

De indexeringspercentages die worden gebruikt om de inkomens uit voorgaande jaren te indexeren naar het niveau van 2024 zijn:

  • Index T-1: 1,0832
  • Index T-2: 1,1701
Kijk ook eens bij

Passend toewijzen

Huishoudens krijgen zo een woning met een huur die aansluit bij hun inkomen. Dit moet voorkomen dat huurders snel in betalingsproblemen komen en dat het bedrag dat het Rijk uitgeeft aan huurtoeslag te hoog oploopt. Naast de DAEB-toewijzingsregels gelden er ook regels voor passend toewijzen. 

Bij ten minste 95% van de woningen die de corporatie toewijst aan huishoudens met een inkomen onder de grens voor passend toewijzen moet de kale huur onder de zogenoemde aftoppingsgrens liggen. Er is een marge van 5% voor uitzonderingssituaties. Het is mogelijk om deze marge van 5% te compenseren met het volgende jaar. De regels gelden bij nieuwe huurcontracten voor woningen met een huur tot en met € 879,66 (liberalisatiegrens 2024)

Soort huishoudenInkomensgrensAftoppingsgrens
Eenpersoons€ 27.725€ 650,43
Tweepersoons€ 37.625
Drie- en meerpersoons€ 697,07
Eenpersoons (ouderen)€ 27.225€ 650,43
Tweepersoons (ouderen)€ 36.675
Drie- en meerpersoons (ouderen)€ 697,07

Daarnaast is er vanaf 2022 een uitzondering voor ouderen met vermogen. Een corporatie mag ook een woning toewijzen met een huur boven de aftoppingsgrens als het vermogen van een oudere hoger is dan € 140.213 (alleenstaanden, prijspeil 2024) of € 177.301 (meerpersoonshuishoudens, prijspeil 2024). Deze toewijzing telt dan in zijn geheel niet mee voor het passend toewijzen (en dus ook niet als een passende toewijzing voor de 95% passende toewijzingen die je moet halen als corporatie). 

Toetsing van het vermogen gaat op basis van de meest recente definitieve aanslag inkomstenbelasting. Als deze niet toereikend blijkt door een wijziging van het vermogen (bijvoorbeeld bij de (aanstaande) verkoop van een woning), kunnen andere bewijsstukken volstaan. Denk aan (een combinatie van) een recent bankafschrift, de akte van verkoop van de eigen woning (voor zover van toepassing) of de aanslag van de WOZ-waarde van de woning. Zie hiervoor bijlage 4 van het BTIV. Omdat andere zaken (bijv. openstaande hypotheek) niet worden genoemd is de check van die zaken ook niet nodig vereist. Uiteraard kun je er als corporatie wel voor kiezen om deze documenten op te vragen bij de kandidaat-huurder, om goed af te kunnen wegen of de huur ook past bij het vermogen van de kandidaat-huurder. Ook zou je de toewijzing voorwaardelijk kunnen maken aan het daadwerkelijk wijzigen van het vermogen (bijvoorbeeld aan het daadwerkelijk verkopen van de woning).

Let op: alléén als een oudere zelf een verzoek indient om een duurdere woning te huren - bijvoorbeeld omdat die woning zorgvoorzieningen heeft - mag je als corporatie het vermogen toetsen en afwijken van de normale regels. Alléén bij zo’n verzoek mag je het vermogen toetsen. Dat hoeft niet bij alle andere toewijzingen.

Inkomenstoets

Bij het toetsen van het inkomen wordt voor beide toewijzingsregels dezelfde inkomenstoets gebruikt. De Belastingdienst verstrekt hiervoor inkomensverklaringen, maar het kan ook op basis van een bijstandsbewijs. Er wordt niet getoetst op het vermogen (zie hierboven de uitzondering voor ouderen bij passend toewijzen) en het inkomen van inwonende kinderen telt niet mee. Als de inkomensgegevens bij de Belastingdienst ontbreken, of als het actuele inkomen (flink) is gedaald (of gestegen) ten opzichte van het inkomen dat bekend is bij de Belastingdienst, dan kan het inkomen óók gecontroleerd worden aan de hand van bijvoorbeeld een loonstrookje of jaaropgave.  Zie hiervoor bijlage 4 van het BTIV

Bij sommige huishoudens is een inkomenstoets niet verplicht. Dit is het geval bij statushouders die uit een COA-voorziening komen en bij (buitenlandse) studenten (met een bewijs van inschrijving van de onderwijsinstelling). Aan deze huishoudens moet dan altijd een woning onder de aftoppingsgrens worden toegewezen, omdat ervan wordt uitgegaan dat hun inkomen lager is dan de grenzen voor passend toewijzen. Voor jongeren geldt dat een woning onder de aftoppingsgrens passend is, ondanks dat zij maar huurtoeslag krijgen tot de kwaliteitskortingsgrens (€ 454,47 in 2024). Mensen met een zware zorgindicatie behoren altijd tot de DAEB-doelgroep, ongeacht de hoogte van het inkomen. Wel vindt er een inkomenstoets plaats in het kader van passend toewijzen.

Meer informatie

De informatie vind je bij het Huurbeleid in 2024 en in de handreiking en infographic van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.