Inkomensgrenzen huurtoeslag vervallen

Expert
Bob Witjes
Belangenbehartiger

De Tweede Kamer debatteerde op 6 september 2018 met minister Ollongren (BZK) over het wetsvoorstel voor aanpassing van de huurtoeslag. De voorgestelde wijzigingen zijn het schrappen van de KAN-bepaling en het afbouwen van de inkomensgrenzen.   

Over het schrappen van de inkomensgrenzen was geen enkele discussie. Alle aanwezige Kamerleden waren het eens met deze maatregel, die de armoedeval in de regeling aanpakt. Het schrappen van de inkomensgrenzen zorgt ervoor dat mensen die iets meer gaan verdienen, bijvoorbeeld doordat ze (extra) gaan werken, niet direct het recht op huurtoeslag verliezen. Aedes heeft hier ook voor gepleit. De coalitiepartijen hopen hiermee bovendien de arbeidsparticipatie te stimuleren. 

Voor passend toewijzen verandert er niks. De huidige huurtoeslaggrenzen blijven namelijk wel bestaan om de doelgroep voor passend toewijzen te definiëren. 

KAN-bepaling

Daarnaast debatteerden de Kamerleden over het schrappen van de zogenaamde KAN-bepaling, die zorgt dat de huurtoeslag sneller stijgt wanneer het inkomen achterblijft. Deze koppeling tussen toeslag en inkomensontwikkeling vervalt met het schrappen van de KAN-bepaling. Volgens minister Ollongren is dat precies de bedoeling. Koopkrachtcompensatie is volgens de minister iets om te regelen via de minister van SZW en niet via de huurtoeslag. Ollongren vindt dat de huurtoeslagregeling eenvoudiger wordt als de KAN-bepaling vervalt. 

Aedes wees er eerder al op dat de kwestie of iemand de huur kan betalen niet zozeer afhangt van de stijging van de huur, maar vooral van de stijging van het inkomen. Door de KAN-bepaling worden huurders daar nu automatisch voor gecompenseerd. Dat leidt tot minder betaalrisico’s. In het debat droeg de oppositie dit punt ook aan als argument om de KAN-bepaling te behouden. Vooral over de gevolgen voor de allerlaagste inkomens bestaan zorgen. Op korte termijn (2019) blijven de effecten beperkt, maar wat het voor de langere termijn betekent is op dit moment nog onduidelijk. 

Moties

Naast het debat over het wetsvoorstel dienden Kamerleden ook verschillende moties in. Paul Smeulders (GroenLinks) diende een motie in om bij verdere vereenvoudigingsmaatregelen de betaalrisico’s voor mensen in de sociale huursector te verminderen. De motie van PvdA-Kamerlid Henk Nijboer vraagt het kabinet om een onderzoek naar welke groepen mensen problemen hebben met het betalen van hun woonlasten, en wat mogelijke oplossingen voor deze problemen zijn. Aedes steunt deze moties van harte. Beide moties zijn aangenomen. 

Eén van de andere moties waar Aedes enthousiast over was, van Beckerman (SP), is niet aangenomen. De motie ging over de huurtoeslag voor meerpersoonshuishoudens. In tegenstelling tot eenpersoonshuishoudens krijgen zij geen huurtoeslag over het hoogste stukje huur (tussen de aftoppings- en liberalisatiegrens). Dat is gek, omdat juist grotere huishoudens vaak minder te besteden hebben.

Behandeling Eerste Kamer

Op dinsdag 5 maart sprak de Eerste Kamer over het wetsvoorstel rondom de inkomensgrens en KAN-bepaling en op 12 maart werd over het voorstel gestemd. De coalitiepartijen (VVD, CDA, D66 en CU), SGP en de OSF stemden voor, waardoor het voorstel is aangenomen.

Dat het voorstel nu pas is aangenomen en besproken in de Eerst Kamer betekent dat de wet nog niet is ingegaan, terwijl men de KAN-bepaling per 1 januari 2019 wilde afschaffen. Het afschaffen van de inkomensgrenzen was sowieso pas per 1 januari 2020 beoogd. Omdat dit jaar de huurprijsontwikkeling echter lager ligt dan de inkomensontwikkeling, zou de basishuur voor 2019 sowieso verhoogd zijn met de huurprijsontwikkeling. Het wel of niet bestaan van de KAN-bepaling is dus voor dit jaar toevallig niet relevant.