‘Met een vereniging kun je huurders makkelijk bereiken’

De directeur-bestuurder van fusiecorporatie Woonik Paul Sebregts kent het negatieve frame over de vereniging. Deze rechtsvorm zou bijvoorbeeld voor meer werk zorgen dan een stichting. Woningvereniging Nederweert en Woningstichting St. Joseph kozen er juist voor om vanaf 1 juli als vereniging samen verder te gaan. Sebregts legt uit waarom.

Het komt niet vaak voor. Een fusie van een woningvereniging en een -stichting tot een nieuwe vereniging. Waarom deze keuze?

‘Als voormalig directeur-bestuurder van St. Joseph had ik geen directe voorkeur. Voor het werk dat een corporatie doet, maakt het eigenlijk niet zoveel uit welk juridisch etiket je draagt. Wat voor mij voorop staat, is een goede relatie met de huurders. En met een ledenvergadering kun je als corporatie een deel van je huurders altijd makkelijk bereiken en betrekken bij allerlei zaken. Het is een andere verbinding dan via de huurdersorganisatie.

Doorslaggevend was de sterke gehechtheid van een groot deel van de huurders aan de verenigingsvorm. Vooral in de gemeente Nederweert.’

Wat spreekt bewoners daarin zo aan?

‘Deels is het gewoonte. Waarom iets veranderen dat goed loopt? Daarnaast zijn mensen in dit soort dorpsgemeenschappen graag betrokken bij de lokale samenleving. Dat is een kwestie van gevoel: “Als de corporatie een vereniging is, is die meer van ons.”

In het voorbereidingstraject hebben we hier uitgebreid over gesproken. We hebben ook goed uitgelegd wat het verschil is tussen de rol van de ALV en een huurdersorganisatie. Als lid ben je medeverantwoordelijk voor de corporatie, je dient het belang van de vereniging. De huurdersorganisatie is een extern orgaan en de gesprekspartner van de corporatie over beleidszaken als huur, woonruimteverdeling en prestatieafspraken.

Naast de ALV met daarin ongeveer 70 leden hebben we nu nog twee actieve huurdersorganisaties in Nederweert en Stramproy.’

Zijn dat niet wat veel clubs die mee willen praten? Leidt dat niet toch tot vertraging?

‘Soms kan de ALV inderdaad vertragend werken. Zo verplicht de Veegwet Wonen bijvoorbeeld dat je bij sommige (investerings)besluiten zowel de raad van commissarissen als de ALV om advies vraagt. Meestal zijn die besluiten al in de begroting verwerkt en kun je dit in de jaarvergadering met de ALV bespreken. Maar het is denkbaar dat er zaken spelen waarvoor je een extra ledenvergadering moet organiseren. Dat moet je dan gewoon doen. Hoeveel werk kost dat nou?

Een extra discussie zo nu en dan heeft vooral meerwaarde. Uiteindelijk wil je in de gesprekken met de ALV, met de huurdersorganisaties en met al die andere stakeholders meningen ophalen om te kijken hoe je het als corporatie nog beter kunt doen. Samen onderzoeken waar je accenten moet verschuiven of versterken.’

In veel huurdersorganisaties zitten vooral oudere mannen. Hoe is dat bij jullie?

‘Wij hebben het geluk dat in onze huurdersorganisaties ook wat jongere huurders zitten. De ALV bestaat echter vooral uit mensen die al heel lang lid zijn, merendeels oudere huurders. Daar gaan we aan werken. We willen de vereniging echt verjongen en differentiëren. Daarvoor gaan we op mensen in onze zeven dorpskernen afstappen. Er zijn zoveel momenten waarop je contact kunt leggen met je huurders. Een medewerker die in een complex aan het werk is, kan bewoners enthousiasmeren lid te worden. Zelf spreek ik ook redelijk wat huurders, die ga ik vertellen hoe leuk het is.’

Wat heeft dit fusieproces je geleerd?

‘Je moet veel tijd besteden aan het overleg met de leden. Voor St. Joseph was het bijvoorbeeld een voorwaarde dat alleen huurders lid van de nieuwe vereniging konden zijn. De ALV van Woningvereniging Nederweert bestond voor de helft uit niet-huurders. Die hebben we ook betrokken in het proces. Ik denk dat het traject vier tot vijf maanden langer duurde dan een normale fusie.’