‘Blijvend aandacht voor veerkracht in buurt heeft effect’

Expert
Simone Boeren
Adviseur Sectorontwikkeling

Als programmaleider veerkrachtige buurten is Emma Gossink de hoeder van leefbare en veerkrachtige wijken bij Ons Huis in Apeldoorn. De bestuurlijke borging van veerkracht in wijken en het commitment organisatiebreed, bij meerdere afdelingen, maakt dat er goede stappen zijn gezet, zegt Gossink. ‘We zijn nog lang niet klaar met veerkracht.’

De veerkrachtkaarten als basis

Bij het opstellen van de beleidsvisie nam de corporatie de veerkrachtkaarten als uitgangspunt. Welke ontwikkeling hebben de buurten doorgemaakt? Hoe gaat de buurt om met veranderingen, hoe kleuren de verschillende wijken? En waar ligt de hoogste prioriteit?  Verrassend waren de uitkomsten van de veerkrachtkaarten niet, maar wel confronterend. ‘We hebben in Nederland enkele jaren minder aandacht gehad voor leefbaarheid, en dat zagen we terug.’

Ons Huis ging samen met de gemeente (‘belangrijk om hierin samen op te trekken’) de boer op met de veerkrachtkaarten. In eerste instantie digitaal (door corona) waarbij een zeer brede en diverse doelgroep werd uitgenodigd: van bewoners tot raadsleden, van vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties tot de wijkagent. De aanwezigen kregen toelichting en inzicht in de grote verschillen in Apeldoornse wijken, waarmee het gevoel van urgentie voor iedereen duidelijk werd. 

Op buurtniveau de diepte in

Om echt iedereen mee te krijgen, werden er in specifiek aangewezen buurten sessies georganiseerd voor een zogenoemde verdiepende analyse met vertegenwoordigers uit welzijn, zorg, gemeente en politie. Een nieuwe aanpak, die duidelijk een positieve en ondernemende energie gaf. Waar normaliter snel gewezen wordt naar anderen, wat zij beter kunnen doen, ging de focus in deze sessies snel naar ‘wat kunnen wij doen? Welke acties mag je van ons verwachten?’. ‘Echt een positieve omslag in denken en doen,’ vertelt Gossink.

Resultaten

En die omslag heeft al veel resultaat opgeleverd, groot en klein. Van gezamenlijk met bewoners aan de slag in tuinen tot lokale woningbouw-programmering en structurele afstemming in de gemeente. Ook zijn er veel (nieuwe) samenwerkingen: men zoekt elkaar op (meer dan voorheen), de lijnen zijn kort. En bewoners weten de corporatie ook sneller te vinden. ‘Het persoonlijke contact in de buurt is weer terug. Zo winnen we weer vertrouwen. En dat komt ook het werk van collega’s ten goede. Bijvoorbeeld bij gesprekken over verduurzamingsprojecten. Waar eerder de huurder nauwelijks bereikbaar of bereid was om in gesprek te gaan, zien we nu dat dat al beter gaat.’   

Ook op complexniveau zijn er positieve resultaten. Een complex met ongeveer 40 woningen werd gekenmerkt door armoede, overlast en criminaliteit. Door daar gedifferentieerd woningen aan nieuwe bewoners toe te wijzen, verbeterden het woongenot en de leefbaarheid in het complex. ‘Mensen zien dan dat je gericht bezig bent, en dat zij en de problematiek gezien worden.’ En dat resulteert vaak in positieve reacties van huurders. ‘Maar het is natuurlijk geen garantie. Differentiatie is slechts 1 aspect in de vele veranderingen die je kunt bewerkstelligen om wijken veerkrachtig te maken en houden.’

Kijk ook eens bij

5 Tips

Gossink heeft enkele tips die regelmatig terug komen in haar verhaal, die ze graag deelt:

  1. Prioriteer(!) alles met de veerkrachtbril
  2. Formuleer strategieën en voer die door in programma’s
  3. Agendeer: wees een enthousiaste en verantwoordelijke samenwerkingspartner
  4. Schaak op alle borden
  5. Maak capaciteit vrij