Taskforce Nieuwbouw Woningcorporaties luidt noodklok

Aedes-standpunt Aedes-standpunt · 23 juli 2021
Expert
Jessica van Eijs
Belangenbehartiger

Ellenlange wachtlijsten in de sociale huursector. Te lange doorlooptijden voor nieuwbouw van sociale woningen. En te veel discussie over locaties en financiële haalbaarheid voor tijdelijke woningen. Harriët Tiemens en Rob Haans van de Tasforce Nieuwbouw Woningcorporaties luiden daarom de noodklok en leggen uit waarom. ‘Het is tijd voor een wake-upcall.’

Er is in Nederland nog steeds sprake van een oplopend tekort aan woningen. Dit geldt zeker ook voor woningen in de sociale huur. Hierdoor moeten veel woningzoekenden soms jarenlang op een geschikte sociale huurwoning wachten. Lange tijd ging de discussie tussen de woningbouwcorporaties en het ministerie van BZK vooral over tekortschietende financiële middelen voor woningcorporaties om ‘te bouwen’. Maar dankzij de Regeling Vermindering Verhuurderverheffing (RVV-regeling) Nieuwbouw maakt het Rijk het woningbouwcorporaties financieel mogelijk minstens 150.000 nieuwe sociale huurwoningen te gaan bouwen.

Onvoldoende reden tot optimisme

‘Investeringen voor deze nieuwbouwwoningen staan bij de woningcorporaties nu gewoon in de boeken, maar daarmee zij we er nog niet. Vooral tijd dreigt nu de beperkende factor te worden voor realisatie van deze 150.000 w0ningen’, aldus Rob Haans. Hij is bestuursvoorzitter van de Alliantie en vertegenwoordigt Aedes in de Taskforce. Een taskforce van het ministerie van BZK, VNG en Aedes opgericht om de bouw van 150.000 sociale huurwoningen en minstens 10.000 flexwoningen te ondersteunen en te versnellen. ‘De realisatiecijfers geven op dit moment nog onvoldoende reden tot optimisme.’

Tiemens sluit zich bij Haans aan. ‘Een woning neerzetten lijkt op zichzelf niet zo moeilijk, maar de sociale woningbouw is afhankelijk van heel veel partijen’, legt ze uit. Tiemens is wethouder in de gemeente Nijmegen en namens de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) lid van de Taskforce. ‘Lokale en regionale samenwerking is doorslaggevend voor het tempo van realisatie.’

Knelpunten woningcorporaties

De Taskforce heeft met hulp van RVO contact gelegd met de woningcorporaties en een inventarisatie gemaakt van de knelpunten waartegen woningcorporaties (en gemeenten) bij de bouw van sociale huurwoningen aanlopen. Haans en Tiemens geven aan welke van de geïnventariseerde knelpunten zij het meest urgent vinden. Zij vragen vooral aandacht voor snellere omgevingsvergunningen voor deze nieuwbouwprojecten. Ook willen ze meer aandacht voor het participatieproces met bewoners in de omgeving van nieuw te bouwen woningen.

‘Veel RVVN-projecten hebben nog geen omgevingsvergunning. Terwijl de bouw echt binnen twee jaar moet starten willen woningcorporaties aanspraak kunnen maken op de vermindering op de verhuurderheffing voor deze woningen. Dat is cruciaal voor de business case van de sociale woningbouw. Het is belangrijk dat ook gemeenten ervan doordrongen zijn dat voor deze projecten op korte termijn omgevingsvergunningen worden afgegeven. Woningbouwcorporaties komen voor veel van hun RVV-projecten echt in tijdnood als zij niet nog dit jaar een omgevingsvergunning krijgen. Dit gezien de vele nog te zetten stappen die tussen het krijgen van omgevingsvergunning en de start van de bouw gezet moeten worden’, aldus Haans.

Een ander en vaak gehoord argument voor uitstel, verkleining of afstel van projecten komt door omwonenden die bezwaar maken. Volgens de Taskforce moeten partijen zich hierdoor niet uit het veld slaan, maar zich daar in planning en communicatie op voorbereiden. Tiemens: ‘Het gaat niet om buren pesten, maar om mensen huisvesten. We moeten dat doel goed voor ogen houden.’

Kennis beschikbaar

Het verbeteren en versnellen van een woningbouwproject is maatwerk. Woningcorporaties en gemeenten die uitdagingen ondervinden in woningbouwprojecten kunnen via de Taskforce gebruik maken van de beschikbare kennis bij RVO en het nationaal Expertteam Woningbouw.

Tiemens: ‘Bouwprocessen kunnen én moeten sneller, dat scheelt kosten en de woningkrapte is groot. Zo kan het voortraject efficiënter en kijken we goed waar wet- of regelgeving onnodig in de weg zit. Daarnaast is een goede coördinatie vanuit gemeenten en regio’s nodig.’

Gezamenlijke urgentie

Haans en Tiemens vatten nog eens de concrete punten samen die nodig zijn om het tij te kunnen keren. ‘Meer urgentiegevoel op sociale woningbouw. Belangrijk is dat er nu samen naar de problemen gekeken wordt’, legt Haans uit. ‘Werk vanuit een gedeeld urgentiebesef aan de sociale woningbouw als gezamenlijke maatschappelijke opgave. Niet tegenover elkaar, maar vanuit eenzelfde missie en visie.’